Een heel week-end niet gekookt uitgezonderd de brioches dan, ik heb zelf mijn voeten onder tafel mogen schuiven!
Ik had nog wat abrikozencompot staan en daar heb ik vandaag het volgende gerecht met gemaakt.
Voor 2 a 3 personen
-1 kipfilet en een halve
– een stuk verse gember van ongeveer 4 cm
– 1 sjalotje
– teentje knoflook of 1cm lookpasta
– 2 eetlepels maïsolie
– 1 eetlepel walnotenolie
– 6 eetlepels sojasaus
– 1 mespuntje chilipoeder
– 2 eetlepels limoensap
– lente uitjes
– 4 eetlepels abrikozenkompot
– 3 koffielepels kristalsuiker
– 1/2 koffielepel aardappelzetmeel
Snijd de kippenfilet in blokjes, schil de gember, pel de sjalot en look, snijd alles zeer fijn.
Maak een marinade met de helft van de gember, 3 eetlepels sojasaus, knoflook, sjalot, mais en walnotenolie, meng de kippenblokjes er onder en laat een aantal uur marineren in de koelkast.
Vermeng de rest van de gember met 3 eetlepels sojasaus, limoensap, abrikozencompot, suiker en chilipoeder.
Doe dit mengsel in een kookpotje, breng aan de kook, zet de staafmixer er even in en giet door een zeef, bind met wat aardappelzetmeel opgelost in wat water.
Neem een wok of koekenpan doe er een scheutje maïsolie in en bak de kippenblokjes op hoog vuur onder voortdurend roeren. Voeg er de abrikozensaus aan toe en warm nog even goed door.
Snijd de lente uitjes fijn en strooi over de kip.
Lekker met rijst.