- 200 g radijsjes
- 20 g goede boter
- 1 eetlepel suiker
- zout
- Kuis de radijsjes en snijd ze in twee.
- Zet de radijsjes juist onder met water.
- Voeg boter en suiker toe.
- Breng aan de kook.
- Laat pruttelen tot het vocht stroperig is.
- Kruid met zout.
Tip: Lekker bij wildgerechten!