Met kerst maak ik regelmatig een brioche brood. Lekker bij een wat uitgebreider ontbijt of bij een kaasschotel. Ik gebruik een keukenmachine maar je kan het deeg ook met de hand kneden. Met het deeg dat je over hebt, kan je kleine brioches maken. Bak ze af in brioche – of muffinvormpjes.
- 450 g bloem (Soubry bloem voor wit brood)
- 1 zakje gedroogde gist (11 g)
- een snuifje zout
- 2 eierdooiers
- 1 ei
- 185 ml lauwwarme melk
- 150 g goede boter (geen margarine)
- 70 g suiker
- zakje vanillesuiker (8 g)
- 1 eigeel voor de afwerking
- Zeef de bloem.
- Doe de bloem met de gist in de mengkom van je keukenmachine.
- Meng de gist met de spiraalvormige deeghaak door de bloem.
- Voeg zout, suiker, vanillesuiker, eierdooier, ei en melk toe.
- Kneed het deeg tot een elastisch en glanzend deeg totdat het van de rand loskomt.
- Dek het deeg goed af een laat in de koelkast 12 uur rijzen.
- Rol er bolletjes van 80 g van en schik ze in een ingevette broodvorm.
- Laat de brioches afgedekt rijzen totdat ze twee keer zo hoog zijn (ca. 30 minuten in een oven van 30°C).
- Verwarm de oven voor op 200°C en bak het brood in ca. 20 minuten.
- Laat het brood afkoelen.
